Project - Initiatief
Fijn, klein wonen midden in de nieuwe natuur, op boerenland
Op hun website staat: ‘Het Peel Natuurdorpen project draait om Landschapslandbouw. Dit is een unieke en slimme combinatie van klein en fijn wonen in tiny houses, in nieuwe natuur op landbouwgrond in de Peel. Boeren leggen nieuwe natuur aan op landbouwgrond; bossen, heggen, houtwallen, waterpartijen en kruidenrijk grasland (coulissenlandschap). In deze nieuwe natuur komen tiny houses, verscholen tussen bomen. Landschap vormt het nieuwe verdienmodel voor de boeren. Dit is uniek in Nederland en ver daarbuiten.’
We houden dit interview met Pierre Bos, Jan Ottens en Annie Martens in een tiny house dat midden in bestaande natuur in de gemeente Landerd als demo-locatie fungeert. Hier is goed te zien hoe prettig het wordt om straks zo in de nieuwe natuur te wonen.
Pierre Bos begint dit interview met een verontschuldiging. Het tiny house waarin we het interview houden, is namelijk meteen de uitzondering die de regel bevestigt, want het staat niet in nieuwe natuur, maar in bestaande natuur: “We hebben tijdelijk toestemming van de gemeente Landerd om dit als demo-locatie te gebruiken, maar wij hebben de goede bedoeling om zo snel mogelijk naar een plek te gaan waar het in de nieuwe natuur mag blijven. We zijn de gemeente erkentelijk dat we dit hebben mogen doen.
Vorig jaar september zijn we op een aantal bijeenkomsten met boeren gesprekken aangegaan om te kijken of ze ons idee, een nieuw verdienmodel, een kans willen geven.
We zeiden: dan hebben wij jullie nodig, want wij vinden dat boerenland in boerenhand moet blijven. Ons doel is om op die manier een nieuw landschap te creëren, waar het fijn, klein wonen is in nieuwe natuur, op boerenland.”
Hoe zijn jullie begonnen? En even voorstellen?
“Ik ben Jan Ottens en ik heb 10-12 jaar geleden een project opgezet voor de Landbouwontwikkelingsgebieden (LOG-gebieden), voor de Graspeel. Dat project ging over veel waterpartijen, bossen en luxe huizen. Dat plan lag een jaar of 10 in de kast nadat de stekker uit de Landbouwontwikkelingsgebieden getrokken werd. Op een bustour kwam ik Pierre tegen die toen burgemeester was van Boekel. Hij zei: ‘Jan, die Peel, die kunnen we toch veel mooier maken?’ Waarop ik hem antwoordde dat ik daar nog wel een mooi plan voor op de plank had liggen. Daarna kwam Annie Martens erbij en hebben we met z’n drieën het plan verfijnd. Ondertussen heeft minister Ollongren (BZK) De Peel de definitieve NOVI-gebiedsstatus toegekend. Dat betekent langjarige betrokkenheid van meerdere ministeries om samen met de regio’s de grote opgaven in dit gebied aan te pakken. In het NOVI-gebied De Peel wordt door de provincie Noord-Brabant samengewerkt met Metropoolregio Eindhoven, Regio Noordoost Brabant, Regio Noord-Limburg, Waterschap Aa en Maas (namens Waterschap De Dommel), Provincie Limburg en de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.”
“Mijn naam is Annie Martens. Behalve mijn ‘Peelroots’ ben ik van jongs af aan begaan met de natuur. Bovendien coördineer ik graag projecten in de groene sectoren. Van meet af aan ben ik betrokken geweest bij de ontwikkeling van het Peel Natuurdorpenplan. Een plan dat mij als communicatiedeskundige meteen enorm aansprak toen Jan mij vroeg. Vooral door de kansen die het biedt voor de Peel en ook daarbuiten.”
“En ik ben Pierre Bos. Ik ben geboren in Peeldorp Ysselsteyn en getogen in De Peel. Het was voor mij altijd al niet meer dan logisch dat ik mijn bijdrage lever aan een gelukkige omgeving. Vanuit de gemeenschap waar we wonen, heb ik wethouder en later burgemeester mogen worden. Anderhalve maand geleden heb ik afscheid genomen van het Burgermeesterschap, maar als je nog gezond en vitaal bent, kan je bijdragen. En we hebben met ons plan nu de wind in de rug.”
Jullie opperen een nieuw soort landbouw te benoemen, nietwaar?
“Ja. Wat we daarvoor nog wel nodig hebben, is dat de overheden dat nieuwe begrip ‘landschapslandbouw’ omarmen. Want dat begrip is er nu nog niet. Wat we in het woord hebben zitten, is dat we nieuw ‘landschap’ willen maken, als onderdeel van het boerenbestaan en daarom is ook het woord ‘landbouw’ van belang.”
Stelt de boer zijn land straks ter beschikking? Of bewerkt hij zijn land zodat het bewoonbaar gaat worden? Of hoeft hij dat niet zelf te doen?
“Het wordt voor de boer een nieuw verdienmodel. Bij deze unieke vorm van landbouw leggen boeren nieuwe natuur aan op hun landbouwgrond. Als een melkveehouder een deel van zijn gronden in wil zetten voor landschapslandbouw, dan blijft hij evengoed nog melkveehouder. Mocht hij een akkerbouwer zijn, kan hij evengoed ernaast een deel van zijn gronden inzetten voor bietenteelt bijvoorbeeld. Boerenland in boerenhand. De monotone graslanden en intensieve veehouderij maken zo plaats voor (voedsel)bossen die CO2 opnemen, heggen, houtwallen, waterpartijen en kruidenrijk grasland vol biodiversiteit. Verscholen tussen de bomen komen tiny houses, gemiddeld twee tot tweeënhalf per hectare nieuwe natuur en 10.000 in totaal. Deze zijn volledig off-grid, behalve als ze op het boerenerf komen waar al aansluitingen voor nutsvoorzieningen zijn. Boeren kunnen ofwel zelf tiny houses neerzetten en deze verhuren, ofwel grond verpachten, waar tiny house bewoners hun eigen huisje neer kunnen zetten tegen een vergoeding.”
Mag de boer bepalen wie er op zijn land komt wonen?
“Voor een deel. Hij gaat in samenspraak met de nieuwe bewoners invulling geven aan het bewonen van de tiny houses. Maar in dit land zijn er spelregels voor hoe we met elkaar omgaan. Discrimineren op wipneus of op kleur ogen mag natuurlijk niet. Een boer moet goed zijn voor zijn land, voor zijn dieren, voor zijn machines, voor zijn vastgoed en ook voor zijn mensen. En de mensen die er komen wonen moeten dat ook zijn. Er komt geen instantie tussen zitten die dat invult.
Een boer kan wel zeggen: ik richt me meer op ouderen of op jongeren of op mensen die zelf een tiny house meebrengen, dan ben je algemener aan het selecteren. Dat is aan de boer. Mensen bepalen dan zelf bij welke boer ze op het land willen wonen.
Wat voor ons een criterium is, is dat iedereen in aanmerking moet kunnen komen voor een tiny house. Wij willen dat de financiële drempel laag is. Maar dat zit in feite ook al in de kern voor de keuze voor een tiny house, daarmee probeer je al een vorm van wonen te creëren waarbij je zegt dat in ieder geval milieutechnisch en natuurtechnisch de footprint laag is, maar het moet ook voor iedereen in dit land een haalbare stap zijn. Haalbaar en betaalbaar.”
Jullie hebben de Peel als afbakening genomen. Maar dit idee kan landelijk uitkomst bieden. Het is ook deels een oplossing voor het woningprobleem.
“Zeker. We hebben ontzettend veel nieuwe natuur nodig, ondertussen hebben we een gigantisch woonprobleem, een grote CO2-opgave én een stikstofprobleem. Dat kan allemaal simpel getackeld worden door de boer een goed verdienmodel te geven. Laat die boer met ons plan nu eens verdienen aan dat landschap. Landschap wat eigenlijk altijd een sluitpost is voor een boerenbedrijf, moet het verdienmodel worden. Geen bedreiging maar een kans.
Maar wonen in buitengebied voelt voor menigeen als tegenstelling. Dat komt door de ruimtelijke ordening die we onszelf aangeleerd hebben. We hebben de afgelopen 40 jaar bepaald dat we wonen in dorpen, industrie hebben we op bedrijventerreinen, recreëren doen we op aangewezen plekken. We hebben natuur én we hebben een buitengebied waar landbouw actief is. Als je dit dan voor een deel wilt herschikken, dan zegt men: ‘Ho, wat gebeurt hier nu?’ Het is voor én van de boeren, maar ook voor én van de toekomstige bewoner, maar het moet ook van én voor de bestuurders blijven om het juridisch aspect te borgen voor de boeren en de bewoners, zodat het over 20 jaar nog steeds mooi en plezierig wonen en werken is in De Peel. Samen zijn zij de 3-eenheid. Als je daar dan verbinder en aanjager in mag zijn, om voortdurend iedereen bij elkaar te brengen, dan voelt dat als plezierig en dankbaar werk. Dus voeren we de nodige gesprekken. Maar dat vraagt tijd.”
Terwijl zo’n transitie al eens eerder grootschalig uitgevoerd is in de Peel.
“Ja. Tot 150 jaar geleden was de Peel natuur. In Ysselsteyn, midden in die Peel, staat een bord dat zegt dat Ysselsteyn 100 jaar bestaat nu. In feite is dit landschap in een periode van 150 jaar geleden tot 50 jaar geleden, vanuit pioniersschap ingericht en destijds -zwartwit geredeneerd- van natuur in landbouw veranderd.
Dus wij zeggen: wees nou verstandig, geef die boer nog steeds een perspectief én maak het gebied tegelijk mooier! Laten we opnieuw, net als 150 jaar geleden, pionieren! Natuurvlogger Jaap Dirkmaat verwoordt het mooi: Over 50 jaar moet men kunnen zeggen: ‘Dát hebben ze in de jaren 20 goed gezien! Nieuw cultuurlandschap gevormd én weer het bestaan en de leefbaarheid in de dorpen vergroot, de aantrekkelijkheid van de Peel voor alle Nederlanders vergroot, omdat je daar gezellig kunt wandelen en fietsen én men heeft toch een mooi inkomen daaruit kunnen genereren.’
We hebben in Brabant veel varkens en in Barneveld veel kippen, dat kwam niet zomaar, dat kwam doordat die boeren bij elkaar zagen hoe dat in zijn werk ging. Dat gaat ook gebeuren met landschapslandbouw. De boeren willen wel. Als ze maar aan een vergunning kunnen komen.
En we hebben al 2500 belangstellenden om te wonen in de tiny houses. Mensen van alle leeftijden, mannen en vrouwen uit heel Nederland én de regio, ook uit onze eigen dorpen. Zo kan je de jongeren beter vasthouden voor de regio, zo wordt de trek naar buiten toe minder. En dan hou je ook je basisschool nog steeds in je dorp. Het project in de Peel laat zien wat er kan gebeuren als burgers, boeren en de overheid de handen ineenslaan. De overheid wil al jaren nieuwe natuur ontwikkelen. We proeven dat er bereidheid is om mee te werken en dat bestuurders zich los willen weken van het denken in hokjes”, stelt Pierre.
Waar staan jullie over 10 jaar?
“We willen eerst een pilot doen met 25 boeren in 5 gemeenten (Landerd, Mill en St. Hubert, Sint Anthonis, Boekel en Uden). Deze experimenteergebieden zijn belangrijk, omdat ze draagvlak creëren en boeren duidelijkheid verschaffen. Daarnaast is het belangrijk dat de provincie en de gemeenten in hun omgevingsplannen zowel provinciaal als gemeentelijk opnemen wat wij onder landschapslandbouw verstaan. We hebben er alle vertrouwen in dat dit binnen 2 of 3 jaar lukt. Als een boer dan aan die criteria voldoet, dan kan de vergunning verleend worden en kan die boer nieuwe natuur ontwikkelen en kunnen de tiny houses geplaatst gaan worden. Over 10 jaar zal die nieuwe natuur al aangeslagen zijn. Dan zijn de tiny houses niet meer zichtbaar in het landschap, maar dan zijn ze landschap geworden dat we met z’n allen gemaakt hebben.
Onze stip aan de horizon is een natuurinclusieve parelketting van 70 tot 100 kilometer lang, waar kringloopboeren en tiny house bewoners samen aan een duurzame toekomst werken. En waar de intensieve landbouw en veeteelt in de Brabantse en Limburgse Peel plaats voor heeft gemaakt. Daar gaan we voor.”
Meer informatie over dit project is te vinden op: https://peelnatuurdorp.nl/
Stuur een reactie
Peel Natuurdorpen
Annie Martens Secretaris bij het bestuur - Peel Natuurdorpen
Jan Ottens Penningmeester bij het bestuur van Peel Natuurdorp - Peel Natuurdorpen
Pierre Bos Voorzitter van het bestuur - Peel Natuurdorpen
Gemeente Landerd